CoP29 Update – Vrijwillige koolstofmarkt (VCM)

cop29 building 2

De Voluntary Carbon Market (VCM), de vrijwillige markt voor het verhandelen van carbon credits, blijft zich ontwikkelen, gedreven door de toenemende urgentie van klimaatactie en recente doorbraken tijdens CoP29 in Bakoe. Deze update vat de belangrijkste ontwikkelingen voor de VCM, in het bijzonder de context van de resultaten onder Artikel 6 van het Klimaatakkoord van Parijs, zoals hieronder uiteengezet. 

Artikel 6 is geaccepteerd op CoP29 

De Partijen gaven groen licht voor de VCM, zoals ontwikkeld onder Artikel 6, en boden daarmee een mechanisme om landen te helpen hun klimaatdoelstellingen te behalen. Deze beslissing maakt de uitgifte van nieuwe carbon credits en de start van emissiereductiehandel tussen landen mogelijk. De CoP29 boekte vooruitgang in de operationalisering van Artikel 6, dat internationale koolstofmarkten reguleert. Twee belangrijke mechanismen werden behandeld: 

Artikel 6.2: Richt zich op bilaterale overeenkomsten waarmee landen direct kunnen verhandelen, in lijn met nationale prioriteiten. 

Artikel 6.4: Creëert een systeem voor het uitgeven van carbon credits die door landen en private entiteiten kunnen worden gebruikt om hun emissies te compenseren en doelen te behalen. 

De vaststelling van nieuwe standaarden onder Artikel 6.4 betekent dat we over enkele jaren carbon credits zullen zien die in lijn zijn met het Klimaatakkoord van Parijs. De koolstofmarkt onder dit akkoord maakt internationale samenwerking mogelijk en mobiliseert klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden. 

Gevolgen voor de Voluntary Carbon Market (VCM)

  1. De VCM zal een cruciale rol blijven spelen bij het stimuleren van investeringen in ontwikkelingslanden en als aanvulling op emissiereductie. Daarnaast zullen de stakeholders, zoals Gold Standard, VERRA en Puro, binnen de VCM de transparantie, governance en kwaliteit en integriteit van de standaarden. Dit zal de VCM helpen bij te dragen aan de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs. 
  1. Hoewel de VCM niet direct wordt genoemd in de beslissingen van CoP29, blijft het een aanvullend instrument om nieuwe wereldwijde klimaatfinanciering te mobiliseren. Zowel publieke als private financieringsbronnen worden genoemd. 
  1. ‘Nature-based’ oplossingen: de nadruk op ‘Nature-based’ projecten benadrukt de rol van ecosystemen bij het behalen van net zero doelen. Deze verschuiving sluit aan bij trends in de VCM, waar natuur gebaseerde oplossingen steeds meer prioriteit krijgen vanwege hun vele voordelen. 
  1. De acceptie van de speciale regel met algemene vereisten voor het verwijderen van CO2 benadrukt het belang van verwijdering om de lange termijn-doelen van het Klimaatakkoord van Parijs en een koolstofvrije economie te bereiken. 
  1. Verhoging van ambitie: De vastgestelde methodologieën onder Artikel 6.4 zullen ook de ambitie van gecertificeerde klimaatprojecten vergroten door: 
    a. Het bijstellen van ‘baselines’ in projecten voor carbon credits om ze in lijn te brengen met de doelstellingen van het gastland voor 1,5 graden. 
    b. Nieuwe criteria m.b.t. additionaliteit, die vereisen dat gastlanden, het vestigingsland van het project, hoge emissietechnologieën vermijden. 

    Uitdagingen en kansen 

    Hoewel het geaccepteerde mechanisme onder Artikel 6.4 een mijlpaal vertegenwoordigt, blijven er enkele onduidelijkheden bestaan, door de versnelde besluitvorming op CoP29. Dit zijn: het opstellen van duidelijke garantie-mechanismen, het verbeteren van transparantie m.b.t. de handel tussen landen onder Artikel 6.2, en het opzetten van duidelijke governance-criteria. 

    Strategische Focus voor VCM-stakeholders

    Voor projectontwikkelaars en aanbieders van koolstof- of klimaatprojecten, zoals Anthesis en andere deelnemers aan de VCM, benadrukken deze ontwikkelingen het belang van het afstemmen van projecten op opkomende internationale standaarden.

    Het benutten van carbon credits van hoge integriteit en het richten op innovatieve koolstofverwijderingstechnologieën zal zorgen voor concurrentievermogen en naleving in deze dynamische markt. Naarmate de VCM verder volwassen wordt samen met de regelgevende kaders, moeten belanghebbenden zich blijven aanpassen aan beleidswijzigingen en markttrends om zowel impact als rendement te maximaliseren. 

    “Wij verwelkomen de voltooiing van Artikel 6 tijdens CoP29 van harte. We roepen nu alle overheden op om gebruik te maken van Artikel 6 en om beleid te implementeren dat internationale samenwerking bevordert. Door particuliere investeringen te mobiliseren waar emissiereducties en -verwijderingen kosteneffectiever zijn, heeft Artikel 6 de potentie om de klimaatagenda te versterken, technologie over te dragen en financiële stromen te leveren waar die het meest nodig zijn. Artikel 6 kan landen nu helpen bij het verhogen van hun ambitie in de volgende ronde van Nationally Determined Contributions (NDC’s) in 2025. Negen jaar na de ondertekening van het Klimaatakkoord van Parijs is het tijd om dit potentieel te benutten en volledig in te zetten in de strijd voor ambitieuze klimaatdoelen.” 
    International Carbon Offsetting & Reduction Alliance (ICROA)

    “24 november, markeert een historische stap vooruit in mondiale klimaatcoöperatie met de goedkeuring van Artikel 6, dat landen een nieuw kader biedt om onafhankelijke carbon credit programma’s (ICP’s) te gebruiken ter ondersteuning van hun klimaatambities.”
    Mandy Rambharos, CEO van VERRA 

    Stand van Zaken van de VCM 

    De vrijwillige koolstofmarkt (VCM) is in ontwikkeling, met nieuwe vooruitgangen die goed zijn voor de integriteit, impact en schaalbaarheid van. Naarmate de vraag van bedrijven naar hoogwaardige carbon credits groeit, met name voor het verwijderen van CO2, zal de markt zich continu blijven ontwikkelen. Recente updates van belangrijke spelers zoals VERRA, samen met strengere normen die zijn geïntroduceerd door de Integrity Council for the Voluntary Carbon Market (ICVCM), zorgen ervoor dat de VCM een cruciale rol heeft in de wereldwijde inspanningen om de opwarming van de aarde te beperken en de negatieve gevolgen van klimaatverandering te minimaliseren. 

    De ICVCM werkt door aan de beoordeling van normen en methodologieën voor haar Core Carbon Principles (CCP)-label. In juni 2024 werden zeven methodologieën goedgekeurd die betrekking hebben op stortgas (‘landfill gas’) en ozonafbrekende projecten, waarmee de eerste carbon credits zijn goedgekeurd om het label van hoge integriteit te dragen. 

    In november 2024 volgde de goedkeuring van drie methodologieën die bossen beschermen, zogenaamde vermeden ontbossingsprojecten (REDD+); twee uit het VERRA- en één uit het ART (Architecture for REDD+ Transactions) register. Hierdoor komt er een belangrijke nieuwe stroom van hoogwaardige carbon credits aan van REDD+-projecten, die van cruciaal belang zijn voor de bestrijding van klimaatverandering. 

    In de komende maanden worden er meer goedkeuringen van methodologieën verwacht, wat de weg vrijmaakt voor verdere evolutie in de VCM. Wij kunnen al verschillende van deze CCP-gelabelde projecten uit onze standaardportfolio aanbieden, zoals een kleinschalig stortgasproject in Ecuador. 

    Ons team van experts heeft een enorme drive om het klimaatprobleem aan te pakken. Samen gaan we voor een positieve verandering. Steeds meer organisaties kiezen ervoor om met ons de weg naar Net Zero te bewandelen, ongeacht waar ze zijn op hun reis. Doe je ook mee?